Als de Westbrabander in de Watermolen gaat kijken, is het er heerlijk rustig. We zien alleen een fietser met een hond, wat bewoners, een auto en een bus van PostNL.
Als de Westbrabander in de Watermolen gaat kijken, is het er heerlijk rustig. We zien alleen een fietser met een hond, wat bewoners, een auto en een bus van PostNL.

Gratis lepeltjes in de Watermolen

De Westbrabander neemt in elke straat van Dinteloord een kijkje. Dit keer lopen we door Watermolen, gelegen in een rustig deel van het dorp, vlakbij de Molenkreek. Hier tellen we dertien adressen en lezen op internet dat het oudste gebouw dateert uit 1978 en het nieuwste uit 1998. De grootste woning meet 238 vierkante meter, de kleinste moet het doen met zo'n 100 vierkante meter.

Op deze  zaterdagochtend staat de zon al hoog aan de hemel. De temperatuurmeter in de auto meet om tien uur s ochtends al 23 graden, dus dat belooft wat voor de rest van de dag. Als we de Watermolen inrijden, heerst er een doodse stilte. Er rijdt een auto voorbij en er fietst een man, die zijn hond naast zich laat mee rennen ,,De hond vindt het leuk”, roept de man, terwijl hij langsfietst. De straat bestaat vooral aan de even kant uit fraaie villa’s en mooi aangelegde tuinen. Creatief zijn bewoners ook. Op nummer vier hangt een bloempot aan de vlaggenmasthouder. 


Gratis lepeltjes

We lopen de straat verder in zien dat op nummer 8 de vlag uithangt. Er staat op ‘Rijks. Geslaagd’. Dat zal een feest geven, verwachten we. Op nummer tien staat een auto aan de laadpaal en achter de bosjes horen we een waterval kletteren. Naast een van de deuren hangt een portret van Boeddha. Ook op vijftien hangt de vlag uit en we bellen aan. Alleen de hond reageert. De poes komt even kijken. Er staat een skelter op de oprit, maar achter de deur geen enkele beweging. 


We gaan even tuintjes kijken. Op huisnummer drie zien we vier bomen, waaronder een berkenboom. Voor de bewoners van nummer vier werd de omvang van de boom kennelijk te groot. Na kortwieken bleef er een kale stam zonder takken over. De bodembedekker op nummer zes doet het goed. Vol met witte bloemetjes. Het lijkt wel op aardbeienbloesem. Fraaie paarse bloemen op nummer acht. De bewoners van nummer tien moeten nog aan de slag, getuige de schoffel die voor de deur staat. Op de oprit een doos met de tekst: gratis. Er ligt bestek bij, nog in de verpakking en een doos met lepeltjes. Tegen de schutting van nummer 12 staat een landbouwwerktuig waarin we een eg herkennen. 


Sombrero

Door naar nummer dertien. Daar woont de familie C. van Oosten. Die heeft iets met Mexico. Tenminste, getuige het kopje aan de muur met een grote sombrero. De eigenaren wonen er nog maar net, zeggen ze en verwijzen ons door naar de buren. Dat is de familie P. van Dijk. Mooie auto op de oprit en bloemen, planten en struiken in de tuin. Helaas. Ook niet thuis. Bij nummer 5 zien we ook een mooie tuin. Aan de ingang daarvan enkele gele rozen. In het midden een waterbak. De bak staat droog en op de bodem liggen schelpen. We zien een combinatie van paarse en rode bloemen. Tussendoor een blauwe en gele aanplant. De blauwe ziet er uit als een heidesoort. In de buurt een enorme dennenboom. Naast de woning een elektriciteitshuisje. Levensgevaarlijk. ‘Hoge Spanning’ staat er te lezen. 


Zowel de panden op nummer drie als op zes zijn voorzien van zonnepanelen. Elk dak telt er zes. De gemiddelde stroomopbrengst in de straat zou per jaar ongeveer 5600 kWh zijn. Druk is de straat bepaald niet. Tijdens ons bezoek reed er één auto voorbij evenals de bus van PostNL. Heerlijk rustig wonen dus in de Watermolen. Bovendien heb je allerlei voorzieningen bij de hand: Je zit hier zo'n 600 meter van een bushalte, op ongeveer dezelfde afstand van een snelwegoprit en op 500 meter van een school. 

Echt gevaarlijk kun je de straat niet noemen en spelende kinderen lopen er weinig risico, zo lijkt het. Ook via Internet komen we weinig tegen dat die conclusie tegenspreekt. In 2016 gooiden twee rondfietsende jongeren stenen door de glas in loodruiten van de Hervormde Kerk en dan heb je het wat betreft bijzonderheden wel gehad. 


Niet met vreemden

Verder wandelend en kijkend zien we dat er een auto geparkeerd wordt, waaruit een man en een vrouw stappen. We maken kennis en het blijkt te gaan om de familie Lachowski. Tomas Lachowski met zijn vrouw. Ze komen uit Polen. De man wijst, als hem iets wordt gevraagd, naar zijn vrouw. Die spreekt al een beetje Nederlands. Hij niet. Ze vertelt dat het gezin sinds een jaar in Nederland is en geen kinderen heeft. Verder wil ze niet veel zeggen. Zeker niet over de situatie in Polen en waarom ze zijn vertrokken. En dat niet alleen omdat ze het Nederlands niet echt machtig is, maar vooral omdat je beter niet met vreemden over dat onderwerp kunt praten, maakt ze duidelijk. 


Het blijft netjes

Een willekeurige voorbijgangster, die, gezien de volle boodschappentas, net terugkomt van winkelen, wil wel iets zeggen over de Watermolen. Maar alleen als dat anoniem kan. Dat kan zolang het netjes blijft, vertellen we haar. Daar moet ze om lachen en vertelt dat het een nette straat is, met gezinnen met kinderen en dat er voor zover ze weet geen ruzies zijn tussen bewoners. Een aantal jaren geleden zouden bewoners zijn opgeschrikt vanwege een gaslek. ,,Dat leverde geen gevaar op", zegt ze. ,,De brandweer was snel ter plaatse en nam de nodige maatregelen om ellende te voorkomen."